dinsdag 15 september 2015

Mijn kinderpsychologe, mijn held

Lieve kleine Britt,

Ik keek in je ogen.
Je keek me uitdagend aan.
Je keek openhartig, bereidwillig.
Je keek vreugdevol.
Ik zag een jong, genietend meisje, een meisje die het leven leeft.
Een moedig meisje, die elke uitdaging aanneemt.
Maar ook zag ik een vleugje verdriet. 
Een klein, verdrongen vleugje, maar toch erg dominant en duidelijk aanwezig.

Ik keek in je ogen.
Ik zag het  blauw van je vreugde, van je blijdschap, van je levenslust.
Het blauw van je humor, van je gezelligheid, van je beleefdheid.
Ik zag het groen van je eigenwijsheid, van je brutaliteit, van je wijsheid.
Het groen van je geduld, van je precisie, van je perfectionisme.
Ik zag middenin een randje geel.
Het geel van socialiteit, van je loyaliteit, van je zorg.
Het geel van je drang naar kennis, van je drang naar doen, van je drang naar verantwoordelijkheid.
Daar doorheen zag ik een zweem van lust, van jaloezie, van hebzucht.
Een zweem van wantrouwen, van verraad van dominantie.
Dat alles werd bij elkaar gehouden door een donker randje.
De donkerte van je pijn, van je verdriet, van je leed.
De donkerte van je frustraties, van je boosheid, van je tekortkomingen.

Ik keek in je ogen.
Ik zag dat je blik was veranderd.
Zojuist had je nog vrolijk en levenslustig gekeken.
Ik zag nu enkel verdriet, enkel pijn, enkel leed.
Je keek niet meer uitdagend, je keek stil, teruggetrokken, je keek schuw.
Je keek niet meer bereidwillig, je keek betrapt, verlegen, je keek beschaamd.
Je keek zeker niet meer vreugdevol, je keek diepbedroefd, zwaar ongelukkig.
Je keek eerlijk. 

Dit gedicht heeft mijn kinderpsychologe, Caroline, een keer aan me gegeven toen ik 10 jaar was, ik was toen al bijna een jaar bij haar in therapie. 
Het is een gedicht dat me altijd is bijgebleven omdat er heel veel waarheid in zit. Ik was geen middenmoot kind, allesbehalve. Maar ik was wel een kind en ik wou ook spelen, blij zijn. Ik was ook wel eens eigenwijs, ondeugend, dominant, ...
Maar ik was een gekwetst kind en weinig mensen konden dit doorzien, want ik deed vaak mijn best om alles wat er bij mij thuis gebeurde zo goed mogelijk te verbergen. Caroline kon hier wel doorzien, ze zag mijn verdriet, pijn, angsten, ... Caroline was de enige waar ik me kwetsbaar bij durfde op te stellen, waar ik mijn echte gevoelens durfde tonen. Daarom was Caroline heel lang de belangrijkste persoon in mijn leven, zij was mijn held, zij was mijn alles.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten